CIWF presenteert nieuw boek
‘Farmageddon, the true cost of cheap meat’
Vandaag, 8-02-2014 verschijnt het boek 'Farmageddon, the
true cost of cheap meat'. In dit boek luidt Philip
Lymbery, CEO van Compassion in World Farming (CIWF), de
noodklok over de wereldwijde groei van de vee-industrie.
Die is verantwoordelijk voor ongeëvenaarde
voedselverspilling, schadelijk voor de gezondheid en de
grootste veroorzaker van dierenleed in de wereld.
Voor het boek reisde Lymbery samen met mede-auteur,
Sunday Times journalist Isabel Oakeshott, de wereld
rond. In het boek doet hij verslag van zijn bevindingen.
Hij bezoekt inheemse bewoners in Argentinië, die van hun
land verdreven werden om plaats te maken voor de teelt
van gewassen voor de productie van veevoer. Hij neemt
hij de lezer mee naar levensgevaarlijke
varkenspoepbassins in Amerika en naar als gevolg van de
vele mestlozingen met algen besmeurde stranden in
Bretagne. In China leert hij van boeren dat antibiotica
daar vrij verkrijgbaar zijn en op grote schaal gebruikt
worden in de vee-industrie.
Toch is 'Farmageddon' méér dan een boeiend reisverslag.
Alle verhalen zijn gebaseerd op degelijk onderzoek. Het
boek gaat daarom óók in op de risico's van nieuwe
technieken, zoals genetische manipulatie van gewassen en
het klonen van dieren. En natuurlijk blijft de enorme
verspilling van kostbare en schaarse grondstoffen als
olie, land en water door de vee-industrie niet
onvermeld. Om de miljarden landbouwdieren te kunnen
voeren worden wereldwijd enorme hoeveelheden graan
verbruikt: genoeg om 3 miljard mensen te voeden.
Lymbery pleit niet tegen het eten van vlees op zich,
maar voor een radicaal andere aanpak. Mensen en
landbouwdieren moeten niet met elkaar concurreren om
voedsel. De landbouwgrond op aarde moet in de eerste
plaats gebruikt worden om voedsel voor mensen te
produceren. Landbouwdieren moeten uit de veefabrieken,
terug naar de boerderij. Daar kunnen zij als geen ander
voedsel dat niet direct eetbaar is voor mensen (gras,
resten) omzetten in zuivel en vlees. 'Farmageddon' is
met andere woorden een pleidooi voor een revolutie in de
voedselproductie: voor een echt duurzame veehouderij die
dieren behandelt met respect.
De vee-industrie moet stoppen.
De huidige veehouderij brengt schade toe aan dier, mens
en maatschappij. Maar bovenal: ze is ethisch niet
verantwoord. Dit moet veranderen, vinden meer dan
honderd hoogleraren.
Uit steekproeven van de Stichting
Varkens in Nood blijkt dat de term bio-industrie vaak
voor verwarring zorgt. Veel mensen denken namelijk
onterecht dat de term staat voor biologische
veehouderij. Samen met Wakker Dier heeft de stichting
het initiatief genomen de term bio-industrie te
veranderen in vee-industrie.
Aantal veefabrieken meer dan verdubbeld
Het aantal zeer grote veehouderijen
is sinds 2005 meer dan verdubbeld. Op basis van de
definitie voor megastallen van Alterra (het
kennisinstituut van de Universiteit Wageningen) tellen
de belangrijkste veehouderijprovincies op dit moment 242
veefabrieken voor koeien en varkens (140 voor koeien en
102 voor varkens). Vijf jaar geleden waren dat er 95 (31
voor koeien en 64 voor varkens).
Het gaat om cijfers over veefabrieken in Noord-Brabant,
Overijssel, Limburg en Gelderland afkomstig van Alterra
en van het Bestand Veehouderij Bedrijven. De vier
provincies huisvesten het leeuwendeel van het aantal
megastallen in Nederland. Voor de andere provincies zijn
geen volledige gegevens beschikbaar.
Vooral het aantal veefabrieken voor koeien is sterk
toegenomen. In de praktijk betekent dit onder andere dat
de runderen niet meer in de wei mogen grazen.
Veefabrieken schaden echter niet alleen het welzijn van
dieren. De enorme productie van mest zorgt voor een
grote milieulast. Daarnaast ontsieren de enorme
complexen het landschap.
Bovendien vormen megastallen een risico voor de
gezondheid van omwonenden. Megastallen zorgen voor veel
uitstoot van fijnstof en zijn een broedplaats voor
ziektekiemen. Zo overleed vorig jaar een Nederlandse
vrouw door besmetting met de resistente ESBL-bacterie.
Een ander recent voorbeeld waarbij in Nederland doden
vielen is de uitbraak van de Q-koorts.
De veefabrieken zijn ontstaan door de schaalvergroting
in de sector. Vorig jaar telde Nederland ruim 50.000
veehouderijen. Tien jaar geleden waren dat er nog ruim
78.000. De daling betekent dat per bedrijf steeds meer
dieren worden gehouden.
De laatste jaren heeft de opkomst van veefabrieken voor
veel beroering gezorgd. In Overijssel, Gelderland,
Limburg, Noord-Holland, Noord-Brabant en Utrecht kwamen
provinciale burgerinitiatieven tegen megastallen van de
grond waarbij in totaal bijna 100.000 burgers de
politiek opriepen deze complexen tegen te houden.
Vorig jaar schreven zo'n honderdvijftig hoogleraren een
manifest met de oproep om de intensieve veehouderij om
te vormen tot een dier-, mens- en milieuvriendelijke
manier van boeren. Op jaarbasis worden in Nederland
ongeveer 450 miljoen dieren geslacht, bijna 27 dieren
per Nederlander. Daarmee behoort Nederland tot de meest
veedichte landen ter wereld.
Bron: milieudefensie.nl
Bouw Drentse 'megascharrelstal'
mag doorgaan
(Novum) - De bouw van twee scharrelstallen voor opgeteld
244 duizend kippen in het Drentse Aa en Hunze mag
doorgaan. Dat heeft de Raad van State woensdag bepaald.
De stichting Wakker Dier had een zaak aangespannen om de
bouw van de 'megascharrelstal' te verhinderen, maar
volgens de raad voldoen de stallen aan de milieueisen
als het gaat om ammoniakuitstoot.
Het stallencomplex wordt volgens Wakker Dier de grootste
scharrelstal van Nederland. Dat zou niet te combineren
zijn met de 'scharrelgedachte'. Dat zulke eieren een
scharrelstempel krijgen, zou aangeven dat het scharrelei
een 'discutabel buitenbeentje' is in de diervriendelijke
veehouderij.
De stichting is bang dat de scharrelsector wordt
geïndustrialiseerd. Schaalvergroting zou leiden tot
minder aandacht per dier en meer kans op ziektes. Verder
vreest Wakker Dier dat de kleinschalige scharrelboer
kapot wordt geconcurreerd.
Bron:
http://nieuws.nl.msn.com/algemeen/article.aspx?cp-documentid=154554393
Beter leven voor 1
miljoen varkens
Al het varkensvlees dat Albert Heijn verkoopt heeft in
2011 het Beter Leven kenmerk van de Dierenbescherming.
Dat betekent dat 's lands grootste kruidenier stopt met
de verkoop van 'gewoon' varkensvlees. Het besluit levert
betere leefomstandigheden op voor 1 miljoen varkens per
jaar. De dieren krijgen meer ruimte, voldoende afleiding
en mannelijke biggen worden niet meer gecastreerd. Een
historisch akkoord, vindt de Dierenbescherming.
In de landelijke dagbladen
Met dit akkoord is een flinke stap gezet in het
verbeteren van het welzijn van dieren in de
vee-industrie. Door een paginagrote advertentie in
diverse landelijke dagbladen informeert de
Dierenbescherming het grote publiek over dit grootse
nieuws.
Miljoenen dieren
Afgelopen jaar verving Albert Heijn al een groot aantal
andere vleesproducten door diervriendelijker producten
onder de noemer 'AH puur&eerlijk'. Producten in het
assortiment biologisch en scharrel kregen toen al het
Beter Leven kenmerk van de Dierenbescherming. Het
kenmerk zorgt ook voor een beter leven van miljoenen
andere dieren, zoals kalveren en vleeskuikens. Met het
Beter Leven kenmerk wil de Dierenbescherming de kloof
tussen vlees uit de vee-industrie en het dure
biologische vlees overbruggen.
Aanbieders
Naast Albert Heijn zijn er talloze andere aanbieders van
producten met het Beter Leven kenmerk.
Bron: dierenbescherming.nl
Vandaag geiten,
morgen eenden?
Met algehele groeistop bezinningsjaar vee-industrie
inlassen
Wakker Dier roept in een brief landbouwminister Verburg op om voor komend
jaar een groeistop af te kondigen voor alle vee-sectoren.
2010 als bezinningsjaar om de vee-industrie te
verduurzamen en diervriendelijker te maken. Nu hollen we
van incident naar incident omdat de politiek achter de
feiten aanloopt: toen tijdens de varkenspest de
varkenssector aan banden werd gelegd, stapten vele
varkensboeren over op geiten waarna deze sector in
omvang explodeerde. De geitenhouderij is afgelopen jaren
verdubbeld naar 375.000 geiten en ook de gemiddelde
bedrijfsgrootte verdubbelde naar 1.000 geiten. Ook deze
sector wordt nu aan banden gelegd maar de vee-industrie
zal weer massaal overschakelen naar een nieuwe
diersoort. Wakker Dier ziet met name dit gevaar bij de
viskwekerij en eendenhouderij waar sprake is van weinig
voorschriften, (potentiële) sterke groei, geen
productieplafond, in combinatie met ziektes waar ook
mensen ziek van kunnen worden (zoönosen).
Kweekvis
De viskwekerij is wereldwijd de snelst groeiende
veesector, in Nederland sterk gesubsidieerd door de
overheid. De Nederlandse viskweeksector groeit jaarlijks
met gemiddeld 11% en produceert momenteel zo’n 11.000
ton vis per jaar. De meest gekweekte vissen in Nederland
zijn paling, meerval en tilapia. Er gelden amper regels
voor deze opkomende sector; welzijnsregels ontbreken
bijvoorbeeld geheel. De vissen zitten in kweekbakken met
vaak meer vis dan water en de doding is onverdoofd. Door
het ontbreken van kennis in deze relatief nieuwe sector,
komen ziektes veelvuldig voor. Mogelijke zoönosen
(ziektes bij dieren waar mensen ook ziek van kunnen
worden) bij vissen: Listeria, Yersinia, Salmonella,
Campylobacter, Escherichia coli, Escherichia coli O 157,
Staphylococcus, Vibrio en Shigella.
Eenden
De eendenhouderij is in Nederland nog relatief klein
maar groeiende met ongeveer 1 miljoen dieren. Wereldwijd
wordt veel eendenvlees gegeten, voornamelijk in
Aziatische landen. Aldaar worden veel eenden
kleinschalig gehouden maar ook deze sector
industrialiseert. De exportgerichte Nederlandse
veesector zal daarom zeker groeikansen ruiken. Enkele
zoönosen bij eenden: vogelgriep, salmonella,
campylobacter en pseudo-vogelpest.
www.wakkerdier.nl
Einde aan
'bio-industrie'
Veertien organisaties hebben de term in
"Vroege Vogels" ten grave gedragen, omdat die teveel tot
verwarring leidt. Velen denken ten onrechte dat
bio-industrie staat voor biologische veehouderij. Vanaf
nu moeten we in plaats van 'bio-industrie' het woord
'vee-industrie' gebruiken.
Ook de betekenis van de afkorting 'bio' is vaak
onduidelijk. "Zo gebruikt Youp van 't Hek vaak de term 'bioboeren'
wanneer hij biologische bedoelt", aldus directeur Hans
Baaij van Varkens in Nood in Vroege Vogels. Afgelopen
week presenteerde deze organisatie samen met
Milieudefensie de VleesWijzer, om consumenten te helpen
een goede keuze voor vlees of vleesvervangers te maken
als het gaat om dierenwelzijn en milieu.
De term vee-industrie dekt de lading beter, menen 14
dierenbeschermingsorganisaties: in de vee-industrie
wordt vee op grote schaal en zonder respect industrieel
geproduceerd. Vandaar dat deze organisaties vanaf
vandaag, 1 november 2009, hebben besloten de term
bio-industrie te begraven en in de toekomst alleen nog
te spreken over vee-industrie.
Vee-industrie wordt dus, als het aan de deelnemende
organisaties ligt, de algemene term voor de
veehouderijen waar dieren op grote schaal, intensief
gehouden worden. Stallen met tienduizenden kippen,
talloze varkens, koeien, kalveren of konijnen vallen
onder die noemer.
De term biologische veehouderij blijft gewoon bestaan en
is het keurmerk voor extensief gehouden dieren die geen
preventieve antibiotica krijgen, buiten komen en de
ruimte hebben. Biologisch is een Europees beschermde
term. Misbruik is strafbaar.
Varkens in Nood heeft in 2007 en 2008 door middel van
vier enquêtes onder 750 studenten, scholieren, ouderen
en hoger opgeleiden gemeten wat men onder de naam
bio-industrie en biologisch verstaat. Bij scholieren en
studenten bleek circa 2/3e het verschil tussen beide
niet goed te weten. Bij ouderen en hoger opgeleiden wist
nog altijd 1/3e van de ondervraagden het verschil niet.
Wakker Dier heeft recent onder meer dan 400 personen een
representatief Internetonderzoek laten verrichten. Dat
bevestigde het eerdere beeld. Circa 60% van de
geïnterviewden geeft een verkeerde omschrijving van de
termen. Zeven van de tien Nederlanders vindt
vee-industrie overigens een goed alternatief voor
bio-industrie.
De introductie van vee-industrie gebeurt op initiatief
van Varkens in Nood en Wakker Dier.
De volgende organisaties zullen de term vee-industrie
gaan gebruiken:
Biologica
Bont voor Dieren
CIWF
Dier & Recht
Dierenbescherming
IFAW
Milieudefensie
Natuur en Milieu
Sophia-Vereeniging tot bescherming van dieren
Varkens in Nood
Vegetariërsbond
Viervoeters
Wakker Dier
WSPA
Ook een groot aantal politieke partijen hebben laten
weten in te kunnen stemmen met de nieuwe term
vee-industrie. Varkens in Nood en Wakker Dier hopen dat
ook bij de media vee-industrie snel zal inburgeren ten
koste van bio-industrie. Vroege Vogels doet in ieder
geval mee!
Bron: www.ekudos.nl
Biologica: schaf
woord Bio-industrie af
"Bio-industrie" afgeschaft
Veertien organisaties voor dieren- en milieubescherming,
waaronder Biologica, schaffen het woord "bio-industrie"
per vandaag af. Vanaf nu spreken we over
"vee-industrie", als het over grootschalige industriële
veeteelt gaat. Die bestaat helaas nog wel!
Uit onderzoek blijkt dat veel burgers de termen
bio-industrie en biologisch door elkaar halen; terwijl
ze juist een tegenovergestelde betekenis hebben.
Biologische landbouw is een gecertificeerde vorm van
duurzame, diervriendelijke landbouw en voeding.
Bio-industrie stond van oudsher gelijk aan
legbatterijkippen en kistkalveren.
Vee-industrie wordt nu de nieuwe algemene term voor
industriële veehouderijen waar dieren op grote schaal,
intensief gehouden worden. Stallen met tienduizenden
kippen, talloze varkens, koeien, kalveren of konijnen
vallen onder die noemer.
Uit onderzoeken van Varkens in Nood en Wakker Dier bleek
dat meer dan de helft van de Nederlanders de
betekenissen van "bio-industrie" en "biologisch" door
elkaar haalde. Zeven van de tien Nederlanders vindt het
woord "vee-industrie" een goed alternatief voor
"bio-industrie".
De introductie van de term vee-industrie gebeurt op
initiatief van Varkens in Nood en Wakker Dier. De
volgende organisaties hebben zich hier bij aangesloten:
Biologica, CIWF, Dier & Recht, Dierenbescherming, IFAW,
Milieudefensie, Natuur en Milieu, Sophia-Vereeniging tot
bescherming van dieren, Varkens in Nood,
Vegetariërsbond, Viervoeters, Wakker Dier, WSPA.
Ook een groot aantal politieke partijen heeft laten
weten in te stemmen met de nieuwe term vee-industrie. We
hopen dat ook bij de media vee-industrie snel zal
inburgeren ten koste van bio-industrie.
Bron: Platform Biologica
De term
bio-industrie veranderd in vee-industrie. Veel mensen
associëren de bio-industrie met biologisch.
‘Voor het zonder respect en op grote schaal houden van
dieren is de term vee-industrie veel geschikter’.
De
Zaanse Flopkip
Insecten eten een goed alternatief
De
zeezoutbatterij, een duurzame oplossing
|
|